4. Vrijheid om al dan niet te conventioneren

Het oorspronkelijke doel voor het akkoordensysteem was om minimumtarieven voor de doelgroep in te voeren. De BVAS heeft steeds gepleit voor de vrijheid van de individuele (huis)arts om zich te conventioneren. Dit is een fundamentele pijler en de enige mogelijkheid om inspraak te hebben bij de besluitvorming in het stelsel van de Belgische gezondheidszorg. (Huis)artsen die toetreden tot de conventie moeten de tarieven en het akkoord respecteren. In ruil voor een volledige conventionering strijkt de (huis)arts jaarlijks een sociaal statuut op van 4.563,12 euro op, een partieel geconventioneerde (huis)arts 2.213,64 euro.

Het staat elke Belgische (huis)arts uiteraard vrij om niet toe te treden tot het akkoord. Een volledig gedeconventioneerde of een partieel geconventioneerde arts verliest dan wel (een deel van) het sociaal statuut, maar kan in alle vrijheid haar of zijn honoraria bepalen. De verdere beperking van vrije honoraria is voor de BVAS onbespreekbaar. De overheid wil de vrije honoraria nog meer aan banden leggen onder het mom van een betere toegankelijkheid tot de zorg, al kan niemand tot op de dag van vandaag hiervoor bewijzen op tafel leggen.

terug

 
 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht

Lid worden

Hier vindt u alles wat uw lidmaatschap bij het Vlaams Artsensyndicaat inhoudt.

Ontdek hier uw lidmaatschap.