Distributie beschermingsmateriaal in de ambulante zorg

15.05.2020

De aanpak en stand van zaken betreffende de distributie van beschermingsmateriaal voor zorgverleners die actief zijn in de ambulante zorg.

In een brief richten Dr. Paul Pardon (Chief Medical Officer België, Voorzitter van de Risk Management Group), Dhr. Pedro Facon (Directeur-generaal Gezondheidszorg, FOD VVVL), Dhr. Jo De Cock (Administrateur-generaal RIZIV) en Dhr. Xavier De Cuyper (Administrateur-generaal van het FAGG) zich aan alle zorgverleners betreffende het plan voor de distributie van beschermingsmateriaal in de ambulante zorg. U kan de volledige brief hier nalezen.

In de interfederale Risk Management Group zijn de voorbije weken afspraken gemaakt over het vereiste beschermingsmateriaal al naargelang de setting en het type activiteit, alsook over welk overheidsniveau in zou staan voor welke sector of beroepsgroep. Voor de zorgverleners in de ambulante zorg die gefinancierd worden door de ziekteverzekering, zal het federaal niveau instaan voor het leveren van materiaal.

Vooraf dient te worden herinnerd dat er nog steeds globale problemen bestaan inzake de handel en
aankoop van beschermingsmateriaal.

Het doel is om de zorgverleners op de hoogte te stellen van de logica die momenteel wordt gehanteerd bij het organiseren van de verdeling van de maskers en hoe deze in de komende weken zal worden uitgevoerd. Dit betreft enkel de ambulante zorg in de privépraktijk. Voor wat betreft de ziekenhuizen en de triage- en staalafnamecentra is er eveneens een systeem van belevering voorzien.

  • In de eerste plaats zet de overheid momenteel in op het verdelen van chirurgische maskers, met uitzondering van de tandartsen aan wie FFP2-maskers zullen worden geleverd.
     
  • Bij de verdeling wordt rekening gehouden met een beginsel van gelijke behandeling tussen de beroepsgroepen, maar ook met een zuinige verdeling, voor zover deze binnen de grenzen van de beschikbare voorraden blijft.
    De beroepen zijn ingedeeld in 3 categorieën, in overeenstemming met de meest voorkomende
    praktijk:
    • 2 maskers per dag voor de beroepsgroep die patiënten voornamelijk in hun privépraktijk ontvangen;
    • 4 maskers per dag voor de beroepsgroep die consultaties in hun privépraktijk
      combineren met huisbezoeken;
    • 8 maskers per dag voor de beroepsgroep die voornamelijk bij hun patiënten thuis
      werken.
  • De verdeling van de maskers per beroepsgroep wordt in principe per periode van 8 weken
    bepaald, al kan daar om geldige redenen van afgeweken worden.
    De eerste beroepen die sinds 4 mei een levering hebben ontvangen zijn de artsen-specialisten in de privépraktijk. Zij zullen in de eerste plaats gevolgd worden door de huisartsen.
     
  • Per beroepsgroep zijn lijsten van individuele zorgverleners opgemaakt die recht hebben op een levering. Deze lijsten worden vervolgens overgemaakt aan de actoren die bevoegd zijn voor de distributie van het materiaal naar de provincies of gemeenten die verantwoordelijk zijn voor de correcte, finale aflevering aan de zorgverstrekker.
     
  • De communicatie inzake de leveringen wordt verbeterd. Tot op heden is het niet eenvoudig is geweest om goed te communiceren omwille van onzekerheden inzake de timing van levering, de timing van de kwaliteitscontrole, de timing van de herverpakking en distributie naar de provincies en gemeenten, alsook de timing van de reële aflevering door de provincies of gemeenten.
    Voor alle vragen over de wijze over de lijsten van zorgverstrekkers (bv. als u niet op deze distributielijst staat maar wel een privépraktijk heeft), kunt u contact opnemen via gbbu-covidrequests@health.fgov.be, alsook betreffende vragen over de distributie en logistieke aspecten.
     

Reeds eerder is aangekondigd dat zeker tot en met eind juni een belevering wordt voorzien aan de ambulante zorgverstrekkers in privépraktijken.

Het is onaanvaardbaar dat de kosten inzake beschermingsmateriaal waarmee zorgverleners worden geconfronteerd ten gevolge van deze COVID-crisis worden doorgerekend aan de patiënt. Een reglementair kader om dit te verbieden, is goedgekeurd. Tegelijkertijd wordt een initiatief genomen om een systeem te ontwikkelen tot tussenkomst in deze kosten, in de mate natuurlijk dat de beschermingsmiddelen niet door de overheid zelf ter beschikking werden gesteld. In de schoot van het Verzekeringscomité zal een werkgroep worden opgestart.

Daarnaast zijn er plannen om naar een meer duurzaam systeem inzake beschermingsmateriaal en strategische stock over te gaan. In uitvoering van de wet van 22/04/2019 inzake de kwaliteitsvolle praktijkvoering in de gezondheidszorg wordt een systeem waarbij, aanvullend op de strategische stock die door de overheid dient te worden verzekerd, ook de zorgverstrekkers zelf over een eigen stock zouden beschikken. Hierover later meer.

 

 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht