Geen tuchtsancties voor zelfstandige ziekenhuisartsen

25.11.2016

In een recent arrest van het Hof van Cassatie wordt bevestigd dat een zelfstandige ziekenhuisarts niet kan gesanctioneerd worden. Advocatenkantoor Arcas Law licht dit toe. 

In vele ziekenhuizen bestaat de mogelijkheid om een Ziekenhuisarts die zijn overeenkomst met het ziekenhuis, het medisch reglement of andere interne richtlijnen niet naleeft, op het matje te roepen en zelfs (tucht)sancties op te leggen.

In sommige gevallen wordt één en ander geformaliseerd in een waar “tuchtreglement”, dat dan deel uitmaakt van het medisch reglement en enkel van toepassing is op de ziekenhuisartsen.

Dit tuchtreglement kan beschouwd worden als ‘tool’ voor het ziekenhuis(beheer), de hoofdarts, het diensthoofd en de medische raad om hun wettelijke verantwoordelijkheden als organen van het Ziekenhuis inzake het bewaken van de kwaliteit van de medische activiteit binnen het Ziekenhuis, te realiseren. In het beste geval gaat dergelijke ‘tuchtregeling’ gepaard met een omstandige tuchtprocedure, waar overeenkomstig artikel 137 van de Ziekenhuiswet minstens het advies van de Medische Raad dient te worden gevraagd vooraleer er een sanctie wordt opgelegd aan de Ziekenhuisarts in kwestie.

Nu het gewijzigde KB van 15 december 1987 aangaande de bevoegdheden van de hoofdarts, voorziet in de verplichting voor de hoofdarts om voor elke ziekenhuisarts een persoonlijk dossier bij te houden en om een “gerichte medical audit” te organiseren in het geval er zich een probleem stelt met betrekking tot “het risicobeheer en de veiligheid van de patiënten in het medisch departement”, leeft in vele ziekenhuizen de idee dat dergelijke gerichte medical audit steevast zal leiden tot een ‘sanctie’ ten aanzien van de ziekenhuisarts.

►Er bestaat evenwel geen rechtsgrond op basis waarvan het ziekenhuis een zelfstandig ziekenhuisarts kan sanctioneren, zo werd door onze advocaten reeds herhaaldelijk beargumenteerd (zie o.m. L. LAFAUT en J. BUELENS, "Een zelfstandig ziekenhuisarts sanctioneren", Artsenkrant, 5 februari 2016)

Arrest Hof van Cassatie 10 oktober 2016

Het principe dat het opleggen van (tucht) sancties aan zelfstandige ziekenhuisartsen niet kan, werd bevestigd door het Hof van Cassatie in haar recent arrest van 10 oktober 2016 (S.14.0074.N).

► Het Hof verwijst in haar arrest van 10 oktober 2016 (dat betrekking had op de relatie tussen een bewakingsagent en een bewakingsfirma) naar artikel 333, §1 van de Arbeidsrelatiewet dat stelt het beoordelen van een gezagsband in een arbeidsrelatie gebeurt op basis van de “mogelijkheid om hiërarchische controle uit te oefenen”. Bovendien wordt verwezen naar artikel 6, §1, 6° van de Arbeidsreglementenwet dat onder meer vereist dat het arbeidsreglement een opsomming dient te geven van de strafbare tekortkomingen evenals de toepasselijke straffen.

Het effectief kunnen uitoefenen van gezag van de ene op de andere contractspartner is inderdaad één van de belangrijkste parameters om te beoordelen of er sprake is van schijnzelfstandigheid. Wanneer één en ander bovendien wordt vastgelegd in een schriftelijke ‘tuchtregeling’ tussen partijen, staat de gezagsrelatie vast.

► Het Hof van Cassatie stelt aldus terecht dat de vaststelling dat één van de partijen in een arbeidsrelatie over het recht beschikt om tuchtsancties op te leggen aan de andere partij, de mogelijkheid van een zelfstandige samenwerking uitsluit.

Nog volgens het Hof van Cassatie kan dit sanctierecht enkel gestoeld worden op:

  • Het werkgeversgezag (en dus een arbeidsovereenkomst)
  • Het feit dat dergelijk sanctierecht inherent is aan de uitoefening van een bepaalde beroep
  • Een wettelijk voorziene mogelijkheid om sancties uit te oefenen

 

► Er kan ons inziens op geen enkele wijze worden verklaard waarom dergelijk sanctierecht, in de relatie arts-ziekenhuis, inherent zou zijn aan de uitoefening van het beroep van arts. Dit temeer gelet op de wettelijke voorziene bevoegdheid van de Orde der artsen om tuchtsancties op te leggen aan alle artsen.

Het eenzijdig opleggen van sancties door het ziekenhuis en het contractueel voorzien van een sanctiereglement waar enkel de arts, maar niet het ziekenhuis kan worden gesanctioneerd, impliceert aldus automatisch schijnzelfstandigheid.

► Zolang de wetgever aldus niet bijkomend voorziet in een expliciete mogelijkheid voor het Ziekenhuis om tuchtsancties op te leggen aan zelfstandige ziekenhuisartsen, loopt het ziekenhuis, dat dergelijke sancties oplegt of voorziet in haar overeenkomst, het risico op herkwalificatie door de Arbeidsrechtbank van de contractuele relatie met haar ziekenhuisartsen, dit met alle gevolgen vandien.

Aldus Mr. Liesbeth Lafaut, partner Arcas Law Antwerpen

Bron: www.arcaslaw.be

 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht