Sociale bijdragen: wat verandert er in 2018?

25.01.2018

In 2018 wijzigen een aantal zaken aan de berekening van de sociale bijdragen van zelfstandigen. Liantis zet alles op een rijtje.

Verdere verlaging bijdragepercentage

Vanaf het 1e kwartaal van 2018 bedraagt het bijdragetarief voor de meeste zelfstandigen 20,5% op jaarbasis. Hiermee is de stapsgewijze verlaging van het bijdragepercentage – dat in 2015 nog 22% bedroeg – helemaal afgerond.

Dit percentage is van toepassing op de eerste inkomensschijf tot een netto belastbaar inkomen van € 58 513,59 en geldt voor alle actieve zelfstandigen met uitzondering van de gepensioneerden met een zelfstandige activiteit. Voor hen geldt een afzonderlijk tarief van 14,7%.

Voorlopige bijdragen: bijkomende verminderingsdrempels

Om zelfstandigen met fluctuerende inkomsten toe te laten om hun voorlopige bijdragen beter te laten aansluiten bij hun definitieve bijdragen, worden er vanaf 2018 vier bijkomende verminderingsdrempels voorzien. Die zullen van toepassing zijn op alle zelfstandigen:

  • € 54 202,01
  • € 38 326,61
  • € 27 101,00 (bestaande drempel dubbel minimum hoofdberoep)
  • € 21 510,08
  • € 17 072,56
  • € 13 550,50 (bestaande drempel minimum hoofdberoep)

De wet die de extra drempels toevoegt, is op dit moment nog niet goedgekeurd door het Parlement. We houden je verder op de hoogte.

Vanaf 1 april 2018: lagere minimumbijdragen voor starters in hoofdberoep

Een zelfstandige in hoofdberoep moet steeds een bepaalde minimumbijdrage betalen ook als zijn inkomen zeer laag is. In 2018 stemt de minimumbijdrage overeen met een netto belastbaar inkomen van € 13 550,50.

Vanaf het 2e kwartaal van 2018 wordt een verlaging van de minimumbijdrage voorzien voor starters in hoofdberoep gedurende hun eerste 4 (opeenvolgende) kwartalen van aansluiting in hoofdberoep.

Ook deze wetswijziging moet nog goedgekeurd worden. Op basis van de ontwerptekst die voorligt in het Parlement, zou de maatregel er als volgt uitzien:

Wie komt in aanmerking en voor welke kwartalen?

Wie?

De maatregel is bedoeld voor ‘starters in hoofdberoep’ voor de eerste 4 kwartalen van aansluiting in hoofdberoep. Met ‘starter in hoofdberoep’ wordt bedoeld: een zelfstandige in hoofdberoep die tijdens de 20 kalenderkwartalen vóór aanvang of herneming van de zelfstandige activiteit in hoofdberoep op geen enkel ogenblik onderworpen was in hoofdberoep, in artikel 37 (aansluiting hoofdberoep met gelijkstelling bijberoep) of als meewerkende echtgenoot maxistatuut.

Ook als je klant overstapt van zelfstandige in bijberoep, student-zelfstandige of meewerkende echtgenoot ministatuut naar hoofdberoep kan hij dus in aanmerking komen. Dit op voorwaarde dat hij tijdens de 20 kwartalen voorafgaand aan de overstap naar hoofdberoep op geen enkel moment onderworpen was in hoofdberoep, artikel 37 of meewerkende echtgenoot maxistatuut.

Welke kwartalen?

De maatregel is slechts van de toepassing op de eerste 4 opeenvolgende kwartalen van de onderwerping als zelfstandige in hoofdberoep. Hou er rekening mee dat de maatregel maar ingaat vanaf kwartaal 2/2018. De maatregel kan echter ook van toepassing zijn op zelfstandigen in hoofdberoep die ten vroegste in het derde kwartaal van 2017 gestart zijn.

Zo zal een zelfstandige die op 1/7/2017 gestart is in hoofdberoep en aan alle voorwaarden voldoet, voor kwartaal 2/2018 (4e kwartaal van aansluiting in hoofdberoep) ook onder de maatregel vallen. Vanaf kwartaal 3/2018 is de maatregel niet meer van toepassing op hem.

De maatregel kan daarnaast ook meerdere keren genoten worden doorheen de loopbaan indien men bij de herneming in hoofdberoep opnieuw voldoet aan de voorwaarden: geen zelfstandige in hoofdberoep of artikel 37 of meewerkende echtgenote maxistatuut geweest zijn tijdens de 20 kwartalen voorafgaand aan de herneming in hoofdberoep.

Voorlopige bijdragen

Standaard wordt de minimumbijdrage voor zelfstandigen hoofdberoep aangerekend. In 2018 bedraagt die € 721,89 en stemt ze overeen met een netto belastbaar inkomen van € 13 550,50. Starters in hoofdberoep (zoals hierboven omschreven) kunnen een vermindering van de voorlopige bijdragen aanvragen op basis van 2 nieuwe drempels:

  • € 6 997,55 (de voorlopige bijdrage bedraagt dan € 372,79)
  • € 9 033,67 (de voorlopige bijdrage bedraagt dan € 481,27)

Zoals altijd moet een aanvraag voor vermindering van de voorlopige sociale bijdragen grondig gemotiveerd worden en wordt een onterechte vermindering gesanctioneerd met de aanrekening van verhogingen wegens onterechte vermindering.

Definitieve bijdragen

Voor deze ‘starters in hoofdberoep’ worden de definitieve bijdragen van de eerste 4 kwartalen van aansluiting in hoofdberoep berekend op het werkelijke inkomen, met een minimum van € 6 997,55 in plaats van € 13 550,50.

  • Een ‘starter in hoofdberoep’ met een inkomen van € 8 000, betaalt dus definitieve bijdragen op € 8 000.
  • Een ‘starter in hoofdberoep’ met een inkomen van € 3 000, betaalt dus definitieve bijdragen op € 6 997,55.

Zoals gezegd, geldt dit maar vanaf kwartaal 2/2018. Het kan dus voorkomen dat een ‘starter in hoofdberoep’ voor kwartaal 1/2018 een hogere minimumbijdrage verschuldigd is dan voor de overige kwartalen van 2018.

Sociale rechten en VAP

‘Starters in hoofdberoep’ die in toepassing van deze maatregel bijdragen betalen die lager zijn dan de normale minimumbijdrage hoofdberoep, bouwen sociale rechten op alsof ze de normale minimumbijdrage betaald zouden hebben. Zij kunnen eveneens deelnemen aan het (Sociaal) Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen ((S)VAPZ).

Bron: Liantis

 

 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht