BVAS wil eerlijke medische verkiezingen, met dezelfde spelregels voor iedereen

28.09.2021

De nationale commissie artsen-ziekenfondsen boog zich gisteren over een ontwerp-KB dat de nieuwe representativiteitscriteria voor artsensyndicaten, die vanaf de medische verkiezingen van 2022 zouden ingaan, uitstelt tot 2026. BVAS verzet zich tegen dit uitstel dat alleen bedoeld is om AADM (Alliantie Artsenbelang - Domus Medica) te ‘regulariseren’.

Het RIZIV organiseert om de vier jaar medische verkiezingen. Artsen kunnen stemmen voor het syndicaat van hun keuze en de uitslag bepaalt de krachtsverhoudingen in tal van overlegorganen zoals de nationale commissie artsen-ziekenfondsen, ook wel de medicomut genoemd, en het Verzekeringscomité. Bij de vorige verkiezingen in 2018 kwam BVAS als winnaar uit de bus, wat ons in de medicomut zeven van de twaalf zitjes op de artsenbank opleverde.

Om zich bij de verkiezingen kandidaat te stellen, moet een artsensyndicaat aan zogenaamde representativiteitscriteria voldoen. De criteria voor 2022 staan in een KB van 28 februari 2018. Een artsensyndicaat moet minstens 1.500 leden tellen en zowel huisartsen als artsen-specialisten in de rangen hebben. We citeren de nota van het RIZIV:

“Van de minstens 1.500 individueel aangesloten leden-artsen : 

  • behoort ten minste tien pct. tot een of twee groepen met de minst goede vertegenwoordiging binnen de Waalse regionale groep, de Vlaamse regionale groep en de Brusselse regionale groep;
  • en behoort ten minste vijf pct. tot de groep met de minst goede vertegenwoordiging binnen de groep van artsen-specialisten en de groep van huisartsen. 

Aan deze voorwaarden dient minstens te worden voldaan in het jaar dat voorafgaat aan het kalenderjaar waarin de datum van de kiezerslijst wordt vastgesteld, zijnde 2021.”

Maar het ontwerp-KB dat gisteren aan de medicomut werd voorgelegd, stelt de toepassing van deze regels uit tot de verkiezingen van 2026, wat maakt dat artsensyndicaten er pas in 2025 aan moeten beantwoorden.

Waarom? Volgens de officiële uitleg van het RIZIV omdat één van de artsensyndicaten “streefde naar het voldoen aan deze voorwaarden, maar haar werkzaamheden doorkruist [zag] door de gezondheidscrisis, veroorzaakt door Covid-19. De noodzakelijke contacten konden niet worden gelegd.”

Voor BVAS is het duidelijk dat het gaat om de Alliantie Artsenbelang - Domus Medica (AADM). AADM is de lijst rond Domus Media, een vereniging die zich uitsluitend richt tot Vlaamse huisartsen en niet representatief is voor huisartsen uit Wallonië en Brussel, noch voor artsen-specialisten.

Omdat het voldeed aan de letter van het vorige KB, namelijk in twee regio’s vertegenwoordigd zijn – Vlaanderen en Brussel – en minstens één specialist onder zijn leden hebben – vb. een partner van een huisarts - werd AADM toegelaten tot de medische verkiezingen van 2014 en 2018. Dat AADM zeven jaar na de eerste verkiezingsdeelname nog steeds niet de representativiteitscriteria haalt die in 2018 werden toegevoegd, doet vragen rijzen.

Domus Medica, alias AADM, verschuilt zich achter de coronacrisis om uitstel te vragen. Die crisis zou AADM belet hebben om Franstalige artsen te overtuigen om zich aan te sluiten, terwijl ze daar zeven jaar de tijd voor hadden. BVAS vindt dit een drogreden die om democratische redenen niet getolereerd kan worden. AADM heeft zonder twijfel haar plaats in de beroepsverdediging, maar moet dezelfde regels volgen als de andere syndicaten.

Als grootste artsensyndicaat dat zowel huisartsen als specialisten vertegenwoordigt, Nederlandstaligen en Franstaligen, niet in twee maar in de drie Belgische gewesten, vraagt BVAS dat het RIZIV zich houdt aan de spelregels die in 2018 werden afgesproken. Die regels zijn al voldoende soepel. Voor BVAS is een artsensyndicaat overigens maar echt representatief als het minimum 10% van de huisartsen of specialisten vertegenwoordigt en minstens 10% van de leden actief is in de drie gewesten.

Het syndicale werk kost uiteraard meer voor een syndicaat dat het hele Belgische territorium bestrijkt dan voor een syndicaat dat maar actief is in één gewest. Het overleg in de RIZIV-organen is nu eenmaal een federale aangelegenheid, met federale spelregels die dezelfde moeten zijn voor elk artsensyndicaat. En deze federale regels richten zich tot alle artsen van de drie gewesten.

Dr. Luc Herry
Ondervoorzitter BVAS

 

 

 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht