Voorontwerp kaderwet Vandenbroucke: ingrijpende hervorming van het overlegmodel en conventiesysteem

11.06.2025

Het nieuwe voorontwerp van de kaderwet, dat minister Vandenbroucke heeft voorgelegd, introduceert ingrijpende wijzigingen in het bestaande overlegmodel en het systeem van tariefakkoorden.

De voorgestelde maatregelen roepen vragen op over de autonomie van artsen en de ruimte voor constructieve onderhandeling binnen het huidige overlegkader.

Het voorontwerp en de memorie van toelichting van deze kaderwet kan u hier raadplegen.

Enkele kernpunten:

  • Partiële conventionering wordt afgeschaft.
  • Premies (zoals de geïntegreerde praktijkpremie) worden exclusief voorbehouden aan geconventioneerde artsen, terwijl deze premies oorspronkelijk bedoeld zijn om kwaliteit en digitalisering te ondersteunen, ongeacht conventiestatus.
  • De mogelijkheid tot opzeg of weigering van een akkoord wordt drastisch ingeperkt. Zelfs bij het verstrijken van een akkoord blijven artsen voorlopig gebonden, zonder duidelijke opt-outmogelijkheid.
  • Supplementen kunnen wettelijk worden geplafonneerd door de minister zonder parlementaire controle, met vaste maxima vanaf 2028: maximaal 125% van het ereloon voor opgenomen patiënten, 25% voor anderen.
  • De indexering van honoraria wordt gekoppeld aan het bereiken (en voldoende aanvaarden) van een akkoord, wat het evenwicht binnen het overlegmodel onder druk zet.
  • De financiering van artsensyndicaten wordt afhankelijk van het aantal geconventioneerden, wat wat vragen oproept over de onafhankelijkheid en representativiteit van deze verenigingen.
  • De Technische Raden en akkoordencommissies verliezen invloed, terwijl de minister en het RIZIV meer ruimte krijgen om eenzijdig akkoorden en tarieven op te leggen.
  • De mogelijkheid tot het intrekken of schorsen van een RIZIV-nummer kan sneller en op minder transparante gronden plaatsvinden, met beperkte rechtswaarborgen voor de betrokken arts.

 

Deze maatregelen werden geïntroduceerd zonder voorafgaand overleg met de artsenverenigingen en negeren hun input volledig. Minister Vandenbroucke noemt het een ‘duidelijker en rechtvaardiger’ systeem, maar voor artsen betekent het vooral een zware aanslag op hun overlegmodel, tariefvrijheid en conventievrijheid. De ruime bevoegdheden die aan de minister worden toegekend, zonder heldere verankering in het regeerakkoord, wekken grote bezorgdheid.

Artsenorganisaties verzetten zich dan ook krachtig tegen het voorontwerp. Het recente antwoord van minister Vandenbroucke op een aantal vaak gestelde vragen biedt onvoldoende antwoord op de terechte bezorgdheden. Zonder vertrouwen en oprecht overleg dreigt de hervormingsagenda - zoals die rond de nomenclatuur en ziekenhuisfinanciering - vast te lopen. Hervormingen kunnen alleen slagen via samenwerking, niet door top-down opgelegde beslissingen.

Dat artsen deze keer bereid zijn om naar hardere acties te grijpen, lijkt bij het kabinet weinig effect te hebben. Een anonieme bron dicht bij minister Vandenbroucke liet optekenen in De Tijd: “Het systeem voelt soms als een georganiseerde kleptocratie met een sociaal sausje. Als je daar aan komt, volgt onvermijdelijk een artsenstaking. Maar dat is blijkbaar ingecalculeerd.”

We houden u uiteraard op de hoogte van het verdere verloop van dit dossier.

Wat kunt u doen?

 

Het voorontwerp van de Kaderwet (ook wel de hervormingswet genoemd) kan u hier raadplegen.

De memorie van toelichting van het voorontwerp van deze kaderwet kan u hier raadplegen.

 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht