Supplementenverbod zware medische beeldvorming

24.11.2023

Vanaf 4 december 2023 geldt een verbod op supplementen voor zware medische beeldvorming. Dit verbod geldt voor zowel geconventioneerd als gedeconventioneerde artsen bij verstrekkingen van zware medische beeldvorming aan niet-gehospitaliseerde patiënten.

In punt 3.5.5. van het nationaal akkoord artsen ziekenfondsen 2022-2023 werd volgende bepaling opgenomen: “De NCAZ heeft vastgesteld dat in sommige ziekenhuizen bepaalde radiologische onderzoeken niet meer tegen conventietarieven worden aangeboden. De NCAZ is van oordeel dat het principe waarbij zorg voor opgenomen patiënten verplichtend moet kunnen worden aangeboden tegen conventietarieven in de ziekenhuizen, ook moet gelden voor de ambulante onderzoeken die enkel in het ziekenhuis kunnen worden verricht.”

Vandaag (24.11.2023) verscheen in het Staatsblad de wet van 13 november 2023 diverse bepalingen inzake gezondheid die uitvoering geeft aan deze bepaling. Deze paragraaf in het akkoord werd zeer extensief geïnterpreteerd: er wordt immers een algemeen verbod opgenomen voor (geconventioneerde en gedeconventioneerde) ziekenhuisartsen om supplementen aan te rekenen voor wat betreft de verstrekkingen aan niet-gehospitaliseerde patiënten met toepassing van zware medische beeldvorming zoals bedoeld in artikel 52 § 2 van deze wet.

Het betreft volgende al dan niet hybride toestellen: CT, SPECT-CT, PET, PET-CT, PET-NMR, NMR.

Deze nieuwe wetgeving en dus supplementenverbod treedt in voege vanaf 4 december 2023.

Aan de beheerder en de medische raad wordt de verplichting opgelegd om er op toe te zien dat er voldoende capaciteit wordt voorzien om de betrokken verstrekkingen aan conventietarief te kunnen realiseren binnen een tijdsperiode die wetenschappelijk aangewezen is in functie van de pathologie.

Honorariumsupplementen zullen enkel nog kunnen worden aangerekend voor verstrekkingen die op uitdrukkelijk verzoek van de patiënt worden uitgevoerd tussen 18 en 8 u en tijdens het weekend of op feestdagen. Dit uitdrukkelijk verzoek kan bv. voortvloeien uit de wens van de patiënt om sneller dan medisch noodzakelijk op de verstrekking beroep te doen. Het uitdrukkelijk verzoek en de toestemming van de patiënt zullen voorafgaandelijk moeten worden geformaliseerd. In geen enkel geval zijn supplementen toegelaten wanneer de voorschrijvende arts van oordeel is dat het onderzoek bij urgentie moet worden uitgevoerd. 

Bron: Wet van 6 november 2023 houdende diverse bepalingen inzake gezondheidszorg (1) (BS 23.11.2023)
 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht