De stage van de aso

1. Aanvraag tot goedkeuring van het stageplan 
2. Wijziging van het stageplan 
3. Onderbreking van het stageplan 
4. Stageboekjes 
5. Beroepsprocedure 
6. In conflict met je stagemeester?
7. Enkele weetjes

1. Aanvraag tot goedkeuring van het stageplan

Zodra je je attest van de Orde hebt ontvangen, bezorg je binnen de eerste drie maanden na de start van je opleiding, je stageplan ter goedkeuring aan de Erkenningscommissie via het e-loket van Zorg en Gezondheid.

Indien de aanvraag binnen de 3 maand na aanvang van de stage is ingediend, wordt de stageperiode gerekend vanaf de begindatum van de stage. Indien het plan later is ingediend, wordt de stageperiode gerekend vanaf de datum van indiening in het e-loket. Dit houdt in dat de einddatum van je opleiding met dezelfde periode verlaat wordt. Bij het voordragen van je stageplan moet het programma en het contract van het eerste jaar opleiding aanwezig zij n. Binnen de 3 maanden moet je dan de rest van je stageplan indienen.

De aanvraag ter goedkeuring van je stageplan dient te gebeuren met een opgelegd formulier. Het opgelegd formulier vind je terug op de site www.zorg-en-gezondheid.be.

Volgende bewijsstukken dien je daarvoor in via het e-loket van Zorg & Gezondheid:

  • Stageplan (overzicht van de stage met data, de duur, de stagemeesters en de stageplaatsen. De stagemeester(s) moet(en) het plan ondertekenen.
  • Facultair attest aanvaarding: dit is het attest van de faculteit geneeskunde waarbij wordt verklaard dat je geselecteerd bent voor de discipline waarin je een opleiding wil volgen.
  • Attest inschrijving Orde van Artsen: dit moet ingaan vóór de start van de opleiding.
  • Opleidingsovereenkomst 1ste jaar: dit is de overeenkomst die is afgesloten tussen stagemeester, stagedienst en jezelf. De universiteit stelt deze op. Hierin staat onder andere dat je een billij ke vergoeding krijgt.
  • Je mag ook je opleidingsprogramma opsturen, maar dit hoeft niet.
     

Als je deze documenten indient via het e-loket van Zorg en Gezondheid, houd dan zeker volgende stukken bij de hand:

  • je elektronische identiteitskaart met pincode en een kaartlezer
  • je e-mailadres
  • de ingescande versies van de nodige documenten, in pdf, png of jpeg-formaat (opgelet: max 4 MB per bestand)
     

Je moet inloggen met je elektronische identiteitskaart. Kies “Ga verder met e-ID via e-health” en dan “Aanmelden als burger”. Je krij gt per e-mail een ontvangstbevestiging zodra je dossier goed werd ontvangen.

Na indiening van je dossier wordt nagekeken of dit volledig is. Is dit niet het geval, dan krijg je hiervan melding via e-mail en kan je je dossier aanvullen via het e-loket van Zorg en Gezondheid.

Als je stageplan volledig is, wordt dit doorgestuurd naar het RIZIV. Het RIZIV bezorgt je vervolgens op je domicilieadres je RIZIV-nummer met bevoegdheidscode het cijfer nul gevolgd door de twee eerste cijfers van je discipline. Om je RIZIV-nummer te bekomen moet je niets doen. Eens het RIZIV in het bezit is van de nodige documenten, wordt je nummer je toegestuurd.

Zodra je dossier volledig is, wordt dit doorgestuurd naar de Nederlandstalige kamer van de erkenningscommissie van je beroep. Zij beoordelen jouw dossier en geven advies (positief of negatief) of vragen om extra aanvullingen. De Vlaamse Minister voor Welzijn, Volksgezondheid en Gezin keurt op basis van dat advies je stageplan al dan niet goed.

Bij positief advies ontvang je de beslissing, via e-mail en in je eHealthbox, van de Vlaamse minister binnen 30 dagen na de samenkomst van de Erkenningscommissie.

Bij een negatief advies ontvang je het advies van de erkenningscommissie binnen 30 dagen via aangetekend schrij ven. Na de ontvangst van het negatief advies kan je via gemotiveerd schrijven beroep aanteken. Als ook na het beroep de Minister voor Welzij n, Volksgezondheid en Gezin een negatieve beslissing neemt, krijg je deze beslissing via aangetekend schrijven.

2. Wijziging van het stageplan

Noch de kandidaat, noch de stagemeester mag eenzijdige veranderingen aanbrengen in het stageplan of voortijdig een einde maken aan de overeenkomst tussen beide partijen.
Elke wijziging van je ingediend stageplan moet je “ter goedkeuring” indienen via het e-loket van Zorg en Gezondheid

3. Onderbreking van het stageplan

Een onderbreking van de stage mag de duur van de opleiding niet verkorten.

Voor elk van de specialismen wordt de inhoud en de duurtijd van deze opleiding vastgesteld door de Hoge Raad voor Artsen-Specialisten en Huisartsen. De opleiding wordt ononderbroken gevolgd, behoudens er een toestemming wordt gegeven in het kader van medische redenen. Wanneer je meer dan 15 weken je stage onderbreekt, zal je dit achteraf moeten inhalen.

4. Stageboekjes

Op het einde van elk opleidingsjaar moet je je stageboekje (of medbook) van het afgelopen jaar indienen. Hiervoor dien je volgende documenten op te sturen via het e-loket:

  • Stageboekje: maak een pdf of scan van je medbook. Indien je niet in het bezit bent van een medbook, gebruik dan het model van je specialisatie.
  • Verslag stagemeester: dit moet je enkel doen als dit niet is opgenomen in je stageboekje:
    • een kopie van de evaluatie van je stage, ingevuld en ondertekend door je stagemeester(s).
  • Verslag kandidaat: dit moet je enkel doen als dit niet is opgenomen in je stageboekje. Dit is je “persoonlijke zelfreflectieverslag”.

5. Beroepsprocedure

De kandidaat kan zelf beroep aantekenen tegen elk advies van de kamer van de erkenningscommissie. Om ontvankelijk te zijn, moet dit beroep gemotiveerd zijn en binnen 30 dagen na de kennisgeving van het advies aangetekend aan de minister van Volksgezondheid gezonden worden. De minister legt het dossier voor aan de bevoegde kamer van de Hoge Raad.
Als de minister oordeelt een advies van de kamer van de erkenningscommissie niet te kunnen volgen, brengt hij de kandidaat via gemotiveerde kennisgeving op de hoogte. Alvorens te beslissen, legt hij het dossier voor aan de bevoegde kamer van de Hoge Raad.

In geval van beroep door de kandidaat of wanneer de minister meent het advies van de bevoegde kamer niet te kunnen volgen, wordt de kandidaat door de bevoegde kamer van de Hoge Raad gehoord. Hij verschijnt persoonlijk en mag zich laten bijstaan door een of meerdere raadslieden. Indien de kandidaat, behoorlijk opgeroepen, niet verschijnt, kan de kamer uitspraak doen op basis van
stukken, behalve bij gewettigde afwezigheid van de kandidaat.

De kamer spreekt zich uit bij meerderheid der aanwezige leden. Als het een dossier over een kandidaat-huisarts betreft, moet bovendien een meerderheid bestaan bij de leden huisartsen. De beraadslagingen zijn geheim en het advies dient gemotiveerd te worden.
Om geldig te kunnen beraadslagen, dient minstens een lid, erkend in de specialiteit in kwestie, de beraadslaging bij te wonen. Telt de kamer geen enkel lid dat erkend is in deze specialiteit, wijst de voorzitter een in deze specialiteit erkende geneesheer aan om de beraadslaging met raadgevende stem bij te wonen.

De kamer doet uitspraak binnen 60 dagen na de datum waarop de zaak bij haar aanhangig werd gemaakt en deelt haar gemotiveerd advies mee aan de minister.
Indien de bevoegde kamer geen advies heeft gegeven binnen de gestelde termijnen, kan de minister een beslissing nemen zonder dat advies. De beslissing van de minister wordt ter kennis gebracht van de verzoeker via een aangetekende brief tegen afgiftebewijs.

6. In conflict met je stagemeester?

Wanneer u als kandidaat-geneesheer een meningsverschil hebt met uw stagemeester, raden we u aan om in de eerste plaats contact op te nemen met de stagemeester-coördinator. Deze laatste zal proberen te bemiddelen tussen u en uw stagemeester.

Komt u er niet uit en kan de stagemeester-coördinator u en uw stagemeester niet verzoenen, dan kan u het geschil aanhangig maken bij de bevoegde kamer van de erkenningscommissie. De kamer zal u beiden horen en trachten te bemiddelen.

Indien het geschil aanhoudt, zal de kamer een onderzoekscommissie aanstellen. Deze commissie zal dan een verslag opmaken, waarna de kamer een advies zal uitbrengen. Dit advies wordt binnen 30 dagen meegedeeld aan de kandidaat-geneesheer en de stagemeester en ter goedkeuring aan de minister van Volksgezondheid verzonden. Er staat beroep open tegen dit advies.

Ongeschiktheid of ongewenstheid van de kandidaat

Het kan voorkomen dat de stagemeester van oordeel is dat de kandidaat-geneesheer niet geschikt is voor de gekozen discipline of ongewenst geworden is binnen de desbetreffende dienst. In dit geval moet de stagemeester zijn motivatie meedelen aan zowel de bevoegde kamer van de erkenningscommissie als de kandidaat-geneesheer zelf. Nu zal de kamer ook eerst beide partijen horen en proberen te bemiddelen.

Als de stagemeester zijn mening niet verandert, zal de kamer een onderzoekscommissie samenstellen die op haar beurt een verslag opsteld. De bevoegde kamer zal na inzage van dit verslag of de beëindiging van de stage, of de aanstelling van een nieuwe stagemeester adviseren.

Als blijkt dat de tweede stagemeester ook een negatief advies geeft omtrent de kandidaat, mag de bevoegde kamer adviseren om de kandidaat-geneesheer niet toe te laten zijn opleiding in de discipline voort te zetten. De kandidaat-geneesheer heeft dan wel het recht te worden gehoord en zich te laten bijstaan door een of meerdere raadslieden. Binnen 30 dagen deelt de kamer haar advies mee aan de kandidaat en de stagemeester en verzendt dit advies ter goedkeuring aan de minister van Volksgezondheid.

7. Enkele weetjes

Wist je dat : 

de kandidaat-specialist zelf zijn stageplan opmaakt en dat dit stageplan ingediend wordt bij de Erkenningscommissie? 

Art. 10 eerste lid van het KB van 21 april 1983 tot vaststelling van de nadere regelen voor erkenning van geneesheren-specialsiten en van huisartsen (BS 27.04.1983) : “De kandidaat moet uiterlijk binnen de eerste drie maanden van de aanvang van zijn opleiding, bij aangetekend schrijven, aan de Minister een plan ter goedkeuring toesturen met opgave van de stages die hij wenst te verrichten.”

het stageplan moet vergezeld zijn van een attest dat aantoont dat de kandidaat door een faculteit geneeskunde aanvaard is voor de discipline waarin hij opgeleid wil worden? 

“Art. 10 tweede lid: Het stageplan is vergezeld van een attest dat aantoont dat de kandidaat door een faculteit geneeskunde aanvaard is voor de discipline waarin hij opgeleid wil worden.” 
Dit attest is het resultaat van de selectie door een faculteit en moet u op uw vraag overhandigd worden (attest I). 

het ingediende stageplan betrekking moet hebben op de volledige duur van de opleiding? 

“Art. 12 §1, De aanvraag om goedkeuring van het stageplan… bevat de volgende gegevens : … 
2°de data van aanvang en van beëindiging van de opleiding, met dien verstande dat het stageplan op de volledige duur van de opleiding betrekking heeft; 
3° de diensten waar de stages zullen gedaan worden…” 
“Art. 12 §2,2° voor elk deel van de stage een exemplaar van de schriftelijke overeenkomst, afgesloten tussen de kandidaat en de stagemeester of de verantwoordelijke instelling, met betrekking tot de vergoeding van de kandidaat met nauwkeurige vermelding van de duur van de overeenkomst”

je gelijktijdig met de 2 eerste jaren van jouw opleiding je ook een specifieke universitaire opleiding moet volgen die, na deze periode, getoetst wordt?

“Art. 21, 4°…. kandidaat met vrucht een specifieke universitaire opleiding heeft gevolgd; voor de kandidaat-specialisten moet deze opleiding gelijktijdig hebben plaatsgevonden met de eerste twee jaar van hun opleiding” 
Het attest waaruit blijkt dat U met vrucht geslaagd bent in deze specifieke universitaire opleiding gelijktijdig met de eerste twee jaren moet U op uw aanvraag, onverwijld overhandigd worden. (attest II). 

er nergens in de wettelijke voorschriften vermeld wordt dat, om deze universitaire opleiding te volgen, je bij een universiteit moet ingeschreven zijn?

Mogelijks zullen de universiteiten dit echter eisen voor de opleiding die ze moeten geven.

er geen verplichting bestaat om de 2 eerste jaren van de opleiding in een universitaire dienst door te brengen?

Men kan perfect de 2 eerste jaren en ook de daaropvolgende in een niet-universitaire dienst doorbrengen, maar men moet "gelijktijdig" met de eerste twee jaren een specifieke universitaire opleiding volgen. 
Alhoewel de beroepsgroepen een gemengde opleiding (universitaire + niet-universitaire stagediensten) voorstaan, is in principe een volledige opleiding in niet-universitaire stagediensten (bijgevolg zonder universitaire stagemeester) perfect mogelijk volgens de geldende regels.

de kandidaat-specialist zelf zijn stagemeester of -meesters en stagedienst (of diensten) kiest?

Indien hij of zij meerdere stagemeesters heeft, kiest hij of zij een "Stagemeester-Coördinator". 
De term “Universitaire Coördinerende Stagemeester” komt in de wetgeving niet voor. In universitaire middens wordt deze term (ten onrechte) gebruikt om de hoofden van de universitaire netwerken aan te duiden. 
Art. 12 §1, 4° de naam van de stagemeester (s) en eventueel van de stagemeester-coördinator en zijn (hun) schriftelijk akkoord. Wanneer de kandidaat meer dan één stagemeester heeft, moet één van hen fungeren als stagemeester-coordinator. 
De stagemeester-coordinator heeft als opdracht de kandidaat te begeleiden bij het opstellen van zijn stageplan en het geheel van zijn opleiding te coördineren. De stagemeester-coordinator moet erkend zijn in dezelfde discipline als die welke door de kandidaat wordt gekozen voor zijn erkenning.

de kandidaat-specialist jaarlijks een vertrouwelijk verslag bezorgt aan de geneesheer leidend ambtenaar van de FOD Volksgezondheid betreffende de kwalitatieve en de kwantitatieve aspecten van zijn stage?

Art. 3 §2 van het MB van 30/04/1999 tot vaststelling van de algemene criteria voor de erkenning van geneesheren-specialisten, stagemeesters en stagediensten (BS 29.05.1999): de kandidaat-specialist brengt jaarlijks een vertrouwelijk verslag uit aan de geneesheer leidend ambtenaar van de directie Geneeskunde Praktijk betreffende de kwalitatieve en de kwantitatieve aspecten van zijn stage volgens het model bepaald door deze administratie. Deze verslagen zullen dienen als een van de elementen om de stagemeester en de stagedienst regelmatig te herevalueren.

de kandidaat specialist het recht heeft gedurende het verloop van zijn opleiding het stageplan te wijzigen?

Dit echter mits wederzijds akkoord tussen de kandidaat-specialist en de stagemeester van de jaren die men wenst te wijzigen. 
“Art. 16 De kandidaat moet elke wijziging aan zijn stageplan vooruit ter goedkeuring meedelen aan de Minister; alvorens een beslissing te nemen vraagt de Minister hierover het advies van de bevoegde Kamer van de erkenningscommissie. 
Noch de kandidaat noch de stagemeester mogen eenzijdig veranderingen aanbrengen of voortijdig een einde maken aan de overeenkomst tussen de twee partijen met betrekking tot de stage. In geval van een meningsverschil zijn de bepalingen van artikel 18 van dit besluit van toepassing. 
(Alle bepalingen die betrekking hebben op een nieuw stageplan zijn eveneens van toepassing op een wijziging van een stageplan”.

Bron: VBS

 
 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht

Lid worden

Hier vindt u alles wat uw lidmaatschap bij het Vlaams Artsensyndicaat inhoudt.

Ontdek hier uw lidmaatschap.

Lees ook