Sociaal recht

Hier vindt u sociaal rechtelijke wijzigingen terug.

1. Langere en flexibelere moederschapsrust
2. Geen VAPZ na pensionering?

1. Langere en flexibelere moederschapsrust

Goed nieuws voor zelfstandige moeders: uitbreiding moederschapsrust vanaf 2017!

In maart kondigden minister Borsus en minister De Block een plan aan om zelfstandige moeders de mogelijkheid te geven het moederschap beter te combineren met hun zelfstandige activiteit. De uitbreiding van de moederschapsrust is intussen definitief geworden.

U kan voortaan maximum 12 weken i.p.v. 8 weken moederschapsrust opnemen en u kan ervoor kiezen om de facultatieve periode van de moederschapsrust halftijds op te nemen. Deze nieuwe regels zijn van toepassing op de periodes van moederschapsrust die vanaf 1/1/2017 beginnen lopen.
Lees verder.

2. Geen VAPZ na pensionering?

Verschillende zorgverleners hebben toelichting gevraagd m.b.t. de draagwijdte van artikel 17 van de Wet van 18 december 2015 tot waarborging van de duurzaamheid en het sociale karakter van de aanvullende pensioenen en tot versterking van het aanvullende karakter t.o.v. de rustpensioenen. Dit bericht voorziet, in de regelgeving betreffende de VAPZ (vrij aanvullend pensioen zelfstandigen), dat de aanvullende pensioenprestatie vereffend wordt bij pensionering, d.w.z. de effectieve opname van het wettelijk pensioen. Dit betekent dat een gepensioneerde zelfstandige door het feit van zijn pensionering geen VAPZ meer kan opbouwen, hetwelk vóór deze wet reeds het geval was voor zelfstandigen die zelf de VAPZ bekostigden. Sinds aanname van deze wet stelt zich de vraag of de sociale voordelen voorzien door de gecoördineerde wet op de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen (GVU-wet), nog steeds kunnen bestaan uit een bijdrage van het RIZIV in een VAPZ van het type als voorzien in de gecoördineerde wet. 

Na overleg tussen de Beleidscellen van de Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, de Minister van Pensioenen en de Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, kan volgend antwoord worden gegeven volgens de situatie van de zorgverlener.

a) Zorgverlener die zijn activiteit verderzet hoewel hij aan de voorwaarden voldoet voor het wettelijk pensioen
b) Zorgverlener die reeds geniet van een wettelijk pensioen op 1 januari 2016 (inwerkingtreding van de wet van 1.12.2015)
c) Zorgverlener die het wettelijke pensioen heeft opgenomen of zal opnemen na 1 januari 2016

 

 
 
Deel dit bericht: 
Deel dit bericht

Lid worden

Hier vindt u alles wat uw lidmaatschap bij het Vlaams Artsensyndicaat inhoudt.

Ontdek hier uw lidmaatschap.

Lees ook